Over mij

Dit blog is geschreven door een tuin. Een kleine wilde natuurlijke tuin. In dit blog schrijft die tuin over alles wat hij mee maakt. Ook zul je in dit blog de belevenissen van de eigenaresse van deze tuin aantreffen. Haar naam is Jane. De tuin is haar paradijsje: Jane's paradijsje.

Het doel van dit blog is om kennis over te dragen, ervaringen te delen en iedereen die het leest enthousiast te maken
om ook op een natuurlijke manier met planten en dieren in je tuin om te gaan.

Het paradijsje van Jane: De enige tuin die zijn eigen blog heeft.

zaterdag 14 februari 2015

Plant #10: De varen (Pteropsida/Monilophyta)

In deze tijd van het jaar ben ik altijd een beetje depressief. Ja, ook een tuin, zoals ik ben, kan zoiets overkomen. Alles is zo kaal bij mij en er zijn geen mooie insecten die bij mij rond wandelen of prachtig vlinders en bijtjes die in mij rondvliegen en er zijn zelfs geen grappige kikkertjes of rare padden die in mij rondspringen of kruipen. En Jane, mijn tuinvrouwtje, zie ik ook nog maar zelden in mij rondlopen. Die vindt het bij mij te koud en blijft de hele tijd binnen. Ja, er gebeurt helemaal niets meer bij mij en dat is zo saai. En ik voel me ook een beetje eenzaam. Daarnaast is het zo koud en soms ligt er ook nog een pak sneeuw over de grond waardoor alles nog eentoniger wordt. Bah, er is niets leuks aan de winter. Van mij mag het snel weer lente worden.

Maar ik zal niet verder klagen, want daarvoor zijn jullie niet hier op mijn blog gekomen. Jullie komen hier om iets te lezen over varens. Varens zijn heel belangrijk voor een tuin zoals ik. Varens maken het in de winter namelijk een stuk minder saai. Als je tenminste groenblijvende varens hebt gekocht. Er zijn ook bladverliezende varens, maar daar heb je natuurlijk niets aan als het winter is. Varens zijn er al heel lang. Die waren er zelfs al toen er nog niet eens mensen op de aarde rondliepen. Je kunt ze ook overal op de wereld tegen komen. Varens houden van een natte omgeving. Zowel van een beetje water op hun grond als van een hoge luchtvochtigheid. Daarom zijn er veel varens die groeien in regenwouden. Maar er zijn ook varens die het prima doen op hele droge plekjes of die zelfs in muren groeien. Maar dat zijn uitzonderingen, want de meeste varens hebben een vochtige omgeving nodig voor hun voortplanting

Varens krijgen geen bloemen en ook geen zaden. Ze planten zich voort door middel van sporen. Deze zitten aan de onderkant van hun bladeren. Soms zijn deze sporen bruin, soms groen. Niet alle bladeren van de varen hebben sporen. Varens hebben bladeren die vruchtbaar zijn en onvruchtbare bladeren. Sommige varens zijn heel klein, die passen goed in een rotstuintje. Anderen zijn enorm groot, die lijken wel op bomen. Ze worden dan ook boomvarens genoemd. Een goed water doorlatende grond die wat kalk bevat, vinden varens fijn. Hoewel hier ook weer uitzonderingen op zijn, want er zijn varens bij die juist wat zure grond willen hebben. De meeste varens houden niet zo van de zon. Ze staan liever een beetje in de schaduw. Je ziet ze dan ook vaak onder bomen staan.

Omdat varens niet kunnen pronken met bloemen, wil nog niet zeggen dat ze niet mooi kunnen zijn. Varens hebben namelijk heel mooi blad. Er zijn verschillende kleuren groen en sommige hebben ook nog bladeren die roodachtig zijn. Ze zijn er met rechte ongevederde, licht gevederde, enkel gelobde, dubbel gelobde, enkel geveerd en dubbel geveerd blad. Met al die gekrulde, gegolfde en geveerde bladeren is er voor iedereen wel een varen te vinden die in de smaak zal vallen. Je hebt ook varens die bladeren hebben die in een krul beginnen en dan uitrollen vanuit die krul, wat ook heel leuk is om te zien.

 

Jane wilde ook graag een varen bij mij planten. Ze begon met 1 mooie varen en heeft die onder de kronkelhazelaar geplaatst. Daar staat hij lekker in de schaduw. Maar al snel was daar een varenveldje ontstaan, want Jane is iemand die niet vaak met maar 1 tevreden is. Er zijn zoveel mooie varens, dus er werden er steeds meer bijgekocht. En nu staan daar 7 verschillende varens. Natuurlijk zijn dat veel te veel varens bij elkaar dus ze beginnen elkaar al lekker te overwoekeren. Tja, dat gebeurt wel vaker bij mij, want die Jane, die weet nooit wanneer ze moet stoppen.

De 1e varen die Jane gekocht heeft is de tongvaren (asplenium scolopendrium). Deze wordt  60 cm hoog. Een prachtige varen. Jane is er erg gek op.


De steenbreekvaren (asplenium trichomanes) is de kleinste. Hij wordt maar 20 cm hoog. Eigenlijk is het een varen die op muurtjes en rotsachtige grond hoort te groeien, maar Jane wist dat niet, dus nu staat hij gewoon tussen de andere varens en voorlopig doet hij het daar nog goed.


De dubbelloofvaren (blechnum spicant) staat naast dat kleintje en wordt wat groter. Hij wordt namelijk 40 cm hoog.


De glansschildvaren (polystichum polyblepharum) staat in het midden en begint al die twee kleintjes die er voor staan te overwoeken, want hij wordt 60 cm hoog.


De rode sluiervaren (dryopteris erythrosora), de naam zegt het al, loopt uit met rode bladeren die daarna bruin en tenslotte groen worden. Bij mij heeft hij momenteel alleen nog maar groene bladeren. Jane heeft hem aan de zijkant gezet zodat hij wat ruimte heeft, want hij kan 70 cm hoog worden.


Verder staat er achter de anderen nog een zachte naaldvaren (polystichum setiferum) die 60 cm hoog wordt.


Dan hebben we nog een ijzervaren (cyrtomium falcatum) die ook 70 cm hoog kan worden. Hier hebben wij geen foto van, want deze is bovengronds afgestorven. Hij komt uit oost-azie en kan tegen matige vorst. Verleden jaar was hij ook bovengronds afgestorven en Jane dacht al dat er geen leven meer in zat, maar toen het lente werd, kwam hij weer uit de grond geschoten. Dus we hopen dat hij deze lente ook weer zal verschijnen.

Ik zou nu nog veel meer kunnen vertellen over varens, want over varens kan ik uren kletsen, maar ik heb op iemands blog gelezen dat je beter niet te langdradig kunt worden, want mensen houden er meestal van om korte artikelen te lezen, dus ik laat het hierbij. De volgende keer zal ik jullie weer trakteren op een stukje Dagboek van een tuin. Dat gaat dit keer over alle winterwerkzaamheden, want Jane heeft in de winter toch zoveel bij mij te doen, maar wat.......dat vertel ik je de volgende keer.

(Elke zaterdag om 17.00 uur komt er een artikel online.)

Groetjes van het paradijsje van Jane.


Trouwens,  ik ben erg benieuwd wat de mening is van mijn lezers. Vinden jullie ook dat korte artikelen lekker te lezen zijn of houden jullie juist van heerlijke lange verhalen? Laat dat maar eens weten in een berichtje.

6 opmerkingen:

  1. Ik hou van de iets kortere artikelen, en voor jou als tuin is de tijd aangebroken om je tijd in het opnieuw tot leven brengen van jezelf te steken!!

    Tarzan!

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Maar eerst moet Tarzan nog een fietsenhok bij mij komen bouwen.

      Verwijderen
  2. Mooie instructieve blog over de groenblijvende varens in je tuin met de foto's erbij.
    Vooral de eerste foto lijkt wel in een wild bos gemaakt.
    Wat betreft de lengte van de blog, denk ik dat je goed zit met deze, wat kortere blog.
    De gemiddelde (blog)lezer haakt al snel af bij te veel tekst, en dat is jammer voor de leuke manier waarop je, met de tuin als de ik-figuur, schrijft.
    En het is ook een goede aanscherping van de schrijfvaardigheid: in zo weinig mogelijk woorden zo veel mogelijk zeggen, toegelicht met foto's.
    Dus Menck houdt ons met zijn 10 bloggeboden weer eens goed bij de les ;-)
    Hartelijke groet, Zem.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Tja, dat zal nog moeilijk worden, want ik heb altijd zo veel te vertellen! Zucht.

      Verwijderen
  3. Eén man, één woord. Eén vrouw, één woordenboek ;-)
    Ik hou van boeken. Heeele dikkkke boeken. Ik hou ook van haikus en korte gedichten. Maar zo een vette kluif in mijn handen hebben staat boven alles, op voorwaarde dat de leesstof niet langdradig is.
    Bloggeboden? Niets van aan trekken.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Tja, lange artikelen over maar 1 dier of 1 plant (zoals ik hier op dit blog doe) zouden best eens langdradig kunnen overkomen. Daarom doe ik tegenwoordig al goed mijn best het niet te lang te maken. Maar soms kan ik het toch niet laten om even flink door te kletsen over een onderwerp. Dus mocht het eens voorkomen dat een artikel toch een ietsje pietsje te lang is, dan moet me dat maar vergeven worden.

      Verwijderen